Verenigingswerk: voorlopig systeem uitgebreid tot nieuwe activiteiten

We kondigden het in mei al aan: de ministerraad heeft een wetsontwerp goedgekeurd dat de voorlopige regeling voor verenigingswerk, die aanvankelijk beperkt was tot de sportsector, zou uitbreiden tot een deel van de socioculturele sector. De Kamer heeft deze tekst uiteindelijk gisteravond in plenaire zitting aangenomen. Uitleg hieronder.

profit social (4)

De aangenomen tekst voegt de volgende socioculturele activiteiten toe aan het toepassingsgebied van de wet van 24 december jongstleden:

• artistieke of kunsttechnische begeleider in de amateurkunstensector, de artistieke en de cultuureducatieve sector;
• verstrekker van opleidingen, lezingen, presentaties en voorstellingen over culturele, artistieke en maatschappelijke thema’s in de socioculturele, cultuur-, kunsteducatieve en kunstensector.

De wet bepaalt dat deze verlenging met terugwerkende kracht in werking treedt vanaf 8 mei, de datum waarop de sociaal-culturele activiteiten bij besluit van het overlegcomité werden hervat.

Opmerkingen

1. De wet is aangenomen, ondanks het unanieme negatieve advies van de sociale partners in het paritair comité voor de sociaal-culturele sector (CP 329). In dit advies werd verwezen naar de werkzaamheden van de NAR met het oog op de ontwikkeling van een alternatief voor verenigingswerk.

2. Zoals de ministerraad heeft aangekondigd, vormt deze verlenging "een tijdelijke oplossing in afwachting van het definitieve kader dat zal worden opgesteld", waarmee wordt verwezen naar de werkzaamheden die binnen de NAR zijn verricht met betrekking tot de verlenging van artikel 17 van het RSZ-besluit. Ter herinnering: deze werkzaamheden zijn nu afgerond, en Unisoc vraagt dat de door de interprofessionele sociale partners ontwikkelde oplossing vanaf 1 januari 2022 wordt toegepast.

UPDATE 23/07/2021 | De wet werd vandaag gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Unisoc zal deze kwestie op de voet blijven volgen.

 

Terug naar themafiche