Nieuws over het verenigingswerk

Ter herinnering: het federaal parlement heeft in december vorig jaar een voorlopig systeem voor verenigingswerk aangenomen (van 1 januari tot 31 december 2021). Terwijl de interprofessionele sociale partners – met voornamelijk Unisoc langs werkgeverskant – nog steeds onderhandelen over een alternatieve oplossing om zekerheid en stabiliteit te bieden voor het verenigingswerk vanaf 2022, wenst de regering het tijdelijk systeem uit te breiden. Een stand van zaken.

Sports

Op de ministerraad van 7 mei heeft de regering een ontwerp van koninklijk besluit en een voorontwerp van wet aangenomen: het eerste behandelt de verhoging van het maandelijks plafond van inkomsten voor bepaalde categorieën, het tweede gaat over de uitbreiding van het voorlopig systeem voor de sportsector naar een deel van de socioculturele sector.

Maandelijks plafond

De wet van 24 december 2020 voorziet dat de koning het bedrag van de maandelijkse inkomsten voor bepaalde categorieën van het verenigingswerk kan verhogen, via koninklijk besluit genomen in de ministerraad. Het ontwerpKB maakt gebruik van deze mogelijkheid en voorziet een verhoging voor volgende categorieën:

    • animator, leider, monitor of coördinator die sportinitiatie en/of sportactiviteiten verstrekt;
    • sporttrainer, sportlesgever, sportcoach, jeugdsportcoördinator, sportscheidsrechter, jurylid, steward, terreinverzorger-materiaalmeester, seingever bij sportwedstrijden.

Het maandelijks bedrag wordt verdubbeld, van 532,50 euro naar 1.065 euro per maand, maar enkel voor het derde trimester van 2021. Op dat punt heeft de regering de suggestie van Unisoc gevolgd, die geformuleerd werd in het kader van advies nr. 2.202 van de NAR, om sportactiviteiten in de zomer niet in het gedrang te brengen (ter herinnering, de overige sociale partners hebben zich unaniem en uitdrukkelijk tegen een verhoging van het plafond uitgesproken). Het jaarlijks plafond blijft ongewijzigd.

 Zodra het KB gepubliceerd is in het Belgisch Staatsblad, zullen wij deze toevoegen aan onze website.

 

Uitbreiding

Het voorontwerp van wet heeft als doel om volgende socioculturele activiteiten toe te voegen aan het toepassingsgebied van de wet van 24 december 2020:

    • artistieke of kunsttechnische begeleider in de amateurkunstensector, de artistieke en de cultuur-educatieve sector;
    • verstrekker van opleidingen, lezingen, presentaties en voorstellingen over culturele, artistieke en maatschappelijke thema's in de socioculturele, sport-, cultuur-, kunst-educatieve en kunstsector.

Het wetsvoorstel voorziet een retroactieve inwerkingtreding van deze uitbreiding vanaf 8 mei. Dit wordt beargumenteerd door het feit dat het Overlegcomité recent heeft geoordeeld dat socioculturele activiteiten (onder bepaalde voorwaarden) terug mochten opstarten vanaf die datum.

Voor de sector van de amateurkunsten preciseert het voorontwerp van wet dat het bijvoorbeeld gaat over regisseurs, dirigenten, choreografen, etc. die actief zijn in de verschillende lokale amateurkunstenorganisaties, maar ook in het onderwijs in brede zin (lesgevers, maar ook coaches, procesbegeleiders). Het voorontwerp van wet verduidelijkt ook dat wat betreft sociocultureel volwassenenwerk, het gaat over lesgevers in brede zin.

Omdat het gaat over een voorontwerp van wet, moet de tekst nog langs de klassieke parlementaire weg door de Kamer.

De regering verduidelijkt dat “het gaat om een tijdelijke oplossing in afwachting van het definitieve kader dat zal worden uitgewerkt”, wat verwijst naar de werken in de NAR rond een uitbreiding van artikel 17 van het RSZ-besluit.

Unisoc zal u blijven op de hoogte houden van de ontwikkelingen in dit dossier.

 

Terug naar themafiche