Coronavirus: de hervatting van de sociale verkiezingsprocedure 2020

De sociale verkiezingen die de verkiezing van de personeelsvertegenwoordigers binnen de ondernemingsraden en het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk moeten mogelijk maken, zullen uiteindelijk plaatsvinden van 16 tot 29 november 2020. In normale omstandigheden hadden deze verkiezingen moeten doorgaan van 11 tot 24 mei van dit jaar, maar eind maart werd de procedure opgeschort omwille van de opgelegde lockdown ingevolge de coronapandemie. Veel ondernemingen hebben moeten sluiten of hebben een aanzienlijk deel van hun personeel op werkloosheid moeten zetten wegens overmacht, of ze moesten beslissen om telewerk te veralgemenen.

élections (2)

Deze opschorting werd vastgelegd en geregeld in de wet van 4 mei 2020.

Een nieuw besluit van 15 juli 2020 tot regeling van de hervatting van de sociale verkiezingsprocedure 2020 die werd opgeschort op basis van de wet van 4 mei 2020 tot regeling van de opschorting van de sociale verkiezingsprocedure 2020 ingevolge de coronavirus COVID-19-pandemie heeft de nieuwe verkiezingsperiode vastgelegd voor de komende maand november. Het besluit werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 22 juli.

Gezien het feit dat de procedure werd opgeschort in alle ondernemingen op dag X+36 van hun oorspronkelijke kalender, zullen de verrichtingen moeten worden hervat vanaf een nieuwe dag X+36 die volgens de nieuwe verkiezingskalenders tussen eind september en begin oktober zal liggen.

 

  1. Op welke basis hervatten we de procedure?

De verkiezingsprocedure hernemen betekent uiteraard niet dat we volledig opnieuw beginnen.

Alles wat gedaan werd sinds het begin van de procedure op X-60 tot het begin van de opschorting, zijnde tot X+35, blijft geldig en zal worden gebruikt om de procedure voort te zetten.

De bedrijfseenheden blijven ongewijzigd. Zelfs indien er wijzigingen zijn opgetreden na de beslissing van X-35, zal hiermee geen rekening worden gehouden voor de organisatie van de verkiezingen.

Ook de functies van het leidinggevend personeel, eveneens bepaald op X+35, blijven ongewijzigd. Hetzelfde geldt voor de kaderfuncties.

Alle gegevens in het bericht waarin de verkiezingsdatum op dag X wordt aangekondigd, zullen als basis blijven dienen voor de rest van de verkiezingen, behalve natuurlijk de verkiezingsdatum en de rest van de kalender van de kiesverrichtingen die zullen moeten worden aangepast aan de nieuwe verkiezingsperiode.

De reeds vastgelegde kiezerslijsten moeten niet worden aangevuld met nieuwe kiezers die in november zouden voldoen aan de anciënniteitsvoorwaarden, terwijl ze er in mei niet aan voldeden.

Het aantal mandaten van de werknemersafgevaardigden en de verdeling van deze mandaten tussen de personeelscategorieën moeten ook niet aangepast worden, ook al is de personeelsstructuur gewijzigd, met name als gevolg van de coronacrisis.

Alleen akkoorden die net voor de lockdown werden gesloten en die expliciet naar de COVID-19-pandemie verwezen, verliezen hun geldigheid, tenzij de partijen ze nog steeds relevant vinden. Het gaat bijvoorbeeld over akkoorden om schriftelijk te stemmen.

Aangezien de procedure werd opgeschort vanaf X+36, de dag na de uiterste termijn voor het indienen van de kandidatenlijsten, kunnen nieuwe kandidatenlijsten niet meer worden ingediend, omdat de termijn voor het indienen van deze lijsten is verstreken.

Als er geen enkele kandidatenlijst werd ingediend vóór de opschorting, dan moet de procedure het voorwerp uitmaken van een beslissing tot stopzetting genomen door de werkgever. Deze beslissing kon al genomen en gemeld worden tijdens de opschortingsperiode. Als dat niet gebeurd is, dan moet deze verrichting worden uitgevoerd voor de datum van de hervatting eind september. De beslissing moet aangeplakt worden in de bedrijfsruimten en moet worden geüpload op de webapplicatie van de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg (alleen deze upload garandeert de administratieve afsluiting van het instellen van een raad of een comité).

 

  1. Een nieuwe verkiezingsdatum vastleggen

Het nieuwe koninklijk besluit legt een nieuwe verkiezingsperiode vast: van 16 tot 29 november 2020.

Tijdens deze periode moet de verkiezingsdag in uw bedrijf worden vastgelegd.

Om nieuwe discussies te vermijden, voorzag de wet van 4 juni 2020 er in principe in dat de verkiezingsdag in de loop van de nieuwe verkiezingsperiode op hetzelfde moment in deze periode werd gepland als de dag die werd gekozen tijdens de periode van de maand mei.

Dit betekent bijvoorbeeld dat als de oorspronkelijke gekozen dag voor de verkiezingen op de aankondiging van dag X woensdag 13 mei, de woensdag van de eerste week van de verkiezingsperiode was, de nieuwe verkiezingsdag woensdag 18 november, de woensdag van de eerste week van de nieuwe verkiezingsperiode zal zijn.

Er kan worden afgeweken van dit automatisme door de raad of het comité, of bij het ontbreken van deze organen door de werkgever, indien deze keuze leidt tot problemen waarbij bepaalde fasen van de procedure samenvallen met probleemdagen. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de verkiezingen gepland waren op de eerste dag van de verkiezingsperiode en de verkiezingsdag dus 16 november zou zijn, en een groot deel van het personeel afwezig is tijdens de week van 1 november wanneer de verkiezingsoproepen voorbereid en bezorgd moeten worden. In dit geval kan een andere dag worden vastgelegd tussen 16 en 29 november.

Op basis van deze nieuwe verkiezingsdatum (dag Y op de verkiezingskalender) moet een nieuwe kalender worden opgesteld voor de procedure waarbij alle stappen worden hervat vanaf X+36. Deze kalender vervangt deze die werd vermeld in de aankondiging van dag X van de maand februari.

Deze nieuwe kalender moet ten minste 7 dagen voor de hervatting van de verkiezingsprocedure in de onderneming of elektronisch worden bekendgemaakt. Hij moet ook worden geüpload op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg (een verplicht model van bericht is beschikbaar op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg.

Het uurrooster van de verkiezingen op de gekozen dag blijft in principe ongewijzigd. Als een wijziging noodzakelijk is, bijvoorbeeld bij een nieuwe organisatie van het werk als gevolg van preventieve COVID-19-maatregelen, kan dit uurrooster nog worden aangepast door de raad of het comité of, bij afwezigheid van deze organen door de werkgever, maar zonder dat de voorziene tijd voor de verkiezingsverrichtingen kan worden verminderd.

 

  1. Welke zijn de eerste verrichtingen die moeten worden uitgevoerd?

 

Zoals hierboven vermeld, moesten de kandidatenlijsten ingediend zijn voor het begin van de opschorting in maart jongstleden.

Deze lijsten werden naar de onderneming verzonden door de werknemersorganisaties (ACLVB, ACV en ABVV), door de NCK (kaderleden) en door de individuele kaderleden.

Op het moment dat ze elektronisch ingediend zijn, zijn ze beschikbaar op de website van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg. De werkgever werd overigens al elektronisch op de hoogte gesteld van zo’n indiening van de kandidatenlijsten.

De hervatting van de verkiezingsprocedure op X+36 zal beginnen met het aanplakken van de kandidatenlijsten in de onderneming zodat de klachtenprocedure tegen deze lijsten of tegen de kandidaten op deze lijsten kan worden gestart, en om de kandidaten de mogelijkheid te bieden om vormelijke wijzigingen te vragen betreffende hun voorstelling. Deze klachtenprocedure kan leiden tot eventuele beroepen voor de arbeidsrechtbank.

Een bijzonderheid in verband met de opschorting is dat de anciënniteitsvoorwaarde om geldig kandidaat te zijn voor de sociale verkiezingen (zes maanden ononderbroken anciënniteit) moet voldaan zijn op de oorspronkelijk geplande verkiezingsdatum in de maand mei, en niet op de werkelijke verkiezingsdatum in november. Dit geldt ook voor de kandidaten die na de hervatting van de procedure zullen worden voorgesteld ter vervanging van de kandidaten die van de lijsten zijn verdwenen. Deze nieuwe kandidaten kunnen dus alleen worden voorgesteld als ze in mei van dit jaar al een ononderbroken anciënniteit van zes maanden hadden. Deze vervangingen kunnen vaker voorkomen dan in een normale procedure gezien de duur van de opschortingsperiode. Meer kandidaten zouden de onderneming kunnen verlaten hebben sinds hun kandidaatstelling.

 

  1. Elektronisch stemmen

In principe moet het elektronisch stemmen worden gepland in de aankondiging van dag X.

Aangezien deze stemmethode volledig in overeenstemming is met de opgelegde veiligheidsmaatregelen in het kader van de pandemiepreventie, heeft de wetgever erin voorzien dat de beslissing om te stemmen via elektronische weg nog steeds kan worden genomen wanneer de procedure wordt voortgezet en uiterlijk tot X+56 van de nieuwe verkiezingskalender (wet van 15 juli 2020).

Deze beslissing om elektronisch te stemmen moet overeengekomen worden tussen de werkgever en de organisaties die kandidatenlijsten hebben ingediend. Deze organisaties zijn nu gekend omdat alle lijsten uiterlijk op X+35 moesten worden ingediend, dus in maart vóór het begin van de opschorting.

Deze akkoorden moeten aan de werknemers worden meegedeeld via aanplakking in de onderneming of via elektronische weg. Ze moeten ook worden geüpload op de site van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg.

Deze elektronische stemming in een coronakader moet aan dezelfde voorwaarden voldoen als deze die algemeen gelden voor het elektronisch stemmen.

Elektronisch stemmen kan alleen gebeuren met software die is ingediend bij de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg (de lijst is beschikbaar via de volgende link).

De elektronische stemming kan plaatsvinden in een traditioneel stembureau dat is uitgerust met de nodige stemapparatuur.

Werknemers kunnen ook stemmen van op hun werkplaats, als het akkoord daarin voorziet. In het geval van een stemming op afstand zal het uiteraard nodig zijn om een systeem in te voeren dat garandeert dat het wel degelijk de kiezer is die de elektronische stem uitbrengt, en de onderneming zal moeten beschikken over een IT-omgeving die de veiligheid van de werking en de vertrouwelijkheid garandeert. Het stemmen moet gebeuren via een drager aangesloten op het beveiligde systeem van de onderneming.

 

  1. Updaten van de kiezerslijsten:

Er is nog een andere verrichting die voor de verkiezingen moet plaatsvinden en die wordt beïnvloed door de opschorting. Het gaat om het updaten van de kiezerslijsten.

Zoals vermeld in punt 1. moeten de kiezerslijsten die bij de aankondiging worden gevoegd van dag X in februari niet opnieuw worden gemaakt. Ze zijn definitief geworden na eventuele klachten en beroep. Men moet er dus geen kiezers aan toevoegen die vanwege de duur van de opschorting nu aan de anciënniteitsvoorwaarden zouden voldoen, terwijl dit niet het geval zou zijn geweest als de verkiezingen in mei hadden plaatsgevonden.

Maar deze lijsten zullen wel geactualiseerd moeten worden om de kiezers te schrappen die ondertussen het bedrijf verlaten zouden hebben, wat gezien het tijdsverloop ingevolge de opschorting vaker zou kunnen voorkomen dan normaal het geval is.

Uiterlijk op dag Y-13 worden de werknemers die niet meer deel uitmaken van de onderneming van de kiezerslijsten geschrapt door de raad of het comité.

Ook tijdelijke werknemers die op de kiezerslijsten opgenomen waren maar die niet voldoen aan de tweede voorwaarde om te kunnen stemmen, met name gedurende minstens 26 (werk-)dagen tewerkgesteld zijn gedurende de periode tussen dag X en dag Y-13, worden geschrapt. De opschortingsperiode van de verkiezingsprocedure (dat wil zeggen de periode tussen dag X+36 van de oude kalender -inbegrepen- en dag X+36 van de nieuwe kalender -niet inbegrepen-) telt niet voor het bepalen van de 26 dagen tewerkstelling tussen X en Y-13. Indien de tijdelijke werknemer een bepaald aantal dagen tewerkgesteld was tijdens deze periode, moet daarmee geen rekening worden gehouden. Enkel de werkdagen gepresteerd bij de gebruiker tussen dag X en dag X+35 in februari maart, en deze gepresteerd bij dezelfde gebruiker tussen dag X+36 en dag Y-13 van eind september tot begin november, zullen in aanmerking worden genomen.

Deze beslissing moet unaniem door de aanwezigen worden genomen (zelfs al voorziet het reglement van interne orde in een andere beslissingswijze).

Als een raad of een comité ontbreekt, dan wordt deze beslissing genomen door middel van een akkoord tussen de werkgever en alle leden van de vakbondsdelegatie.

Tegen deze beslissingen (of dit akkoord) kan men niet in beroep gaan. Ze hebben geen invloed op de samenstelling van de colleges en kiesbureaus. Dat betekent dat als het aantal kiezers, bedienden of arbeiders, minder dan 25 bedraagt omwille van de schrappingen, dat men dan niet op het laatste ogenblik een gezamenlijk college moet vormen in plaats van twee afzonderlijke colleges.

De werknemers die van de kiezerslijsten zijn geschrapt, mogen niet stemmen en mogen ook niet opgeroepen worden om te stemmen.

 

  1. De werking van de bestaande raden en comités:

Omwille van de opschorting werd de duur van de legislatuur van de bestaande raden en comités verlengd.

Zij zullen blijven functioneren tot de nieuwe raden en nieuwe comités geïnstalleerd zijn na de verkiezingen van november.

De eerste vergadering voor het installeren van deze nieuwe organen moet gehouden worden binnen de dertig dagen die volgen op het vervallen van de termijn om in beroep te gaan tegen het resultaat van de sociale verkiezingen of binnen de dertig dagen die volgen op de definitieve gerechtelijke beslissing die de verkiezingen valideert. Anders gezegd, uiterlijk 45 dagen na de verkiezingen tenzij er een beroep wordt ingediend. Men zal dus bij het plannen van deze vergadering moeten letten op de verlofdagen voor de eindejaarsfeesten.

De leden van deze organen zullen beschermd blijven tegen ontslag.

 

  1. De nieuwe occulte bescherming

Wat is de occulte bescherming van de kandidaten?

De kandidaten op de geldig ingediende kiezerslijsten, uiterlijk op X+35 (dus net voor de opschorting) worden beschermd tegen ontslag.

Zij kunnen dus alleen maar ontslagen worden:

    • Omwille van een ernstige reden die vooraf is erkend door de arbeidsrechtbank.
    • Omwille van een reden van economische of technische aard die vooraf is erkend door het paritair comité.

Deze bescherming is niet occult omdat de werkgever vanaf de indiening van de lijsten kennis heeft gehad van de namen van de kandidaten.

De werknemers die werden ontslagen tussen X-30 en het indienen van de lijsten met de kandidaten genieten een occulte bescherming. Dat betekent dat een werknemer die werd ontslagen tussen X-30 en het indienen van de kandidatenlijsten, een werknemer waarvan de werkgever officieel niet kon weten dat hij kandidaat zou zijn, zijn herintegratie kan vragen indien hij op een van de ingediende kandidatenlijsten staat. Zodra hij opnieuw is geïntegreerd, kan de werkgever, indien hij dat wil, een ontslagprocedure starten met voorafgaande erkenning van de ernstige reden of van de redenen van economische of technische aard. Indien de werkgever weigert om hem/haar opnieuw te integreren, dan zal hij de speciale ontslagvergoeding moeten betalen voor onregelmatig ontslag van een beschermde werknemer.

Normaal gezien eindigt deze occulte periode uiterlijk op X+35.

Omwille van de opschorting waardoor het aantal vervangingen van kandidaten op lijsten die al maanden geleden werden ingediend, kan toenemen, voorziet de wet van 4 mei 2020 in een nieuwe occulte periode.

Deze verborgen periode start 36 dagen voor de dag waarop de verkiezingsprocedure in de betrokken onderneming wordt hervat.

De werknemers die vanaf dat moment worden ontslagen en die zich zouden hebben aangediend als kandidaten om een kandidaat te vervangen op een lijst, kunnen zoals hierboven vermeld om hun herintegratie vragen. De werkgever kan ze ingevolge dit verzoek ofwel opnieuw integreren (en eventueel een procedure starten met het oog op de voorafgaande erkenning van een ernstige reden of een reden van economische of technische aard), ofwel kan hij de herintegratie weigeren en de speciale ontslagvergoeding betalen. Vanaf halfweg augustus dient men dus voorzichtig te zijn.

Er wordt niettemin opgemerkt dat dit geval waarschijnlijk uitzonderlijk zal blijven, want er zijn daarvoor verschillende voorwaarden vereist:

    • Eerst en vooral moet de kandidaat waarvoor de kandidatuur werd ingediend in maart jongstleden de onderneming hebben verlaten; indien er andere redenen voor de vervanging zijn dan zijn vertrek, dan verliest hij zijn bescherming tegen het ontslag.
    • Vervolgens moet de vervanger (die reeds werd ontslagen) behoren tot dezelfde categorie werknemers als de vervangen werknemer (een bediende mag bijvoorbeeld geen kandidaat vervangen die arbeider is en die de onderneming heeft verlaten).
    • Zij moeten allebei worden vertegenwoordigd door dezelfde organisatie die werknemers of kaderleden vertegenwoordigt.

Zodra hij is voorgesteld, geniet de nieuwe kandidaat bescherming tegen ontslag en kan hij enkel ontslagen worden in de voorziene gevallen en volgens de voorziene procedures.

Wij vestigen uw aandacht op onze webinar (3 september) over dit onderwerp, waarvoor u zich nog steeds kan inschrijven.

 

Terug naar themafiche “Coronavirus”

Terug naar themafiche “sociale verkiezingen”