Coronavirus: een aantal nieuwe bepalingen met betrekking tot de consumptiecheques

In juli 2020 had de vorige regering voorzien in de invoering van consumptiecheques. Het doel was om de werknemer meer koopkracht te geven, waarbij deze bijkomende inkomsten moesten gespendeerd worden in bepaalde sectoren die een steuntje in de rug nodig hebben door de crisis. Eind december werden twee KB’s gepubliceerd die een impact hebben op deze cheque.

maltijdcheque

Voor alle sectoren

In het oorspronkelijke KB van juli 2020 werd bepaald dat werknemers die een consumptiecheque kregen, deze konden uitgeven tot 7 juni 2021. Door het feit dat tijdens de tweede golf heel wat ondernemingen waar de cheques uitgegeven konden worden, gesloten waren, hebben heel wat werknemers hun cheque niet uit kunnen geven.

Ter herinnering, dit zijn de ondernemingen bij wie de consumptiecheque kan gespendeerd worden: de horeca, de sport- en cultuurverenigingen, de evenementensector en de kleine handelszaken.

De Nationale Arbeidsraad had in haar advies nr. 2.186 gevraagd om de mogelijkheid om de consumptiecheques uit te geven, voor al deze cheques te verlengen tot 31 december 2021. Dit werd uitgevoerd door het KB van 28 december 2020.

 

Specifiek voor de socialprofitsectoren

Daarnaast bepaalde het KB van juli 2020 dat consumptiecheques aan de werknemers uitgereikt mochten worden tot 31 december 2020. Voor de socialprofitsector wordt hier nu een uitzondering voor gemaakt, omdat in het kader van de meerdere socialprofitakkoorden budget voor consumptiecheques wordt voorzien.

Voor de federale zorgsectoren werd een budget voorzien van in totaal 50 miljoen euro om aan het federale zorgpersoneel een consumptiecheque van 300 euro te kunnen geven. Omdat het toekennen van deze cheques tijd in beslag nam, had het kabinet Sociale Zaken een bepaling voorzien in een ontwerpKB dat voorzag dat in deze sectoren ook nog in 2021 cheques toegekend konden worden aan werknemers (tot 30 juni 2021).

Op vraag van Unisoc heeft het kabinet het toepassingsgebied uitgebreid naar de regionale socialprofitsectoren, zolang de consumptiecheques uitgereikt worden op basis van een financieringsbeslissing in de periode van 1 november tot 31 december 2020.

Opgelet: een onderneming kan slechts één keer ter waarde van maximaal 300 euro consumptiecheques toekennen. Het is bijvoorbeeld niet mogelijk om zowel in 2020 en in 2021 voor 300 euro aan consumptiecheques toe te kennen aan de medewerkers.

 

Specifiek voor de federale zorgsectoren

Voor de federale zorgsectoren is het ook belangrijk om melding te maken van het KB van 22 december 2020 tot vaststelling van de financiering en de modaliteiten voor de invoering van een solidariteitspremie (consumptiecheques) in de federale gezondheidssectoren.

Wat staat in dit KB?

  • Het totale voorziene budget: 50.573.000 miljoen euro (artikel 1);
  • Wie als personeel wordt beschouwd: de vastbenoemde medewerkers, de contractuele personeelsleden en de medewerkers benoemd door een OCMW of door een OCMW-vereniging en tewerkgesteld in een ziekenhuis. Artsen worden uitgesloten (artikel 2);
  • Welke de federale gezondheidssectoren zijn (artikel 3):
    • de ziekenhuizen;
    • de forensisch psychiatrische centra;
    • de centra voor begeleiding bij ongewenste zwangerschap, de pediatrische revalidatiecentra en de inrichtingen voor kinderen met neurologische en psychiatrische stoornissen;
    • de diensten voor thuisverpleging;
    • de wijkgezondheidscentra;
    • de diensten van het bloed van het Rode Kruis van België;
  • De toewijzing van de middelen aan het Fonds Sociale Maribel 330 (35,3 miljoen) en aan het Fonds Sociale Maribel van de overheidssector (15,2 miljoen) (artikelen 4 en 8);
  • De betalingen door de Fondsen aan de betrokken werkgevers van de premie ter financiering van de toekenning van een consumptiecheque, zijn afhankelijk van de afsluiting van een collectieve arbeidsovereenkomst of een protocolakkoord tot toekenning van een consumptiecheque. De Fondsen storten de eenmalige solidariteitspremie ter financiering van de toekenning van de consumptiecheque aan de betrokken werkgevers, in verhouding tot het aantal werknemers dat aanspraak kan maken op de toekenning van een consumptiecheque bij de betrokken werkgever (artikel 5).

 

Terug naar themafiche