Invoering van de responsabiliseringsbijdrage: stand van zaken

UPDATE | In het najaar van 2021 vroeg minister van Sociale Zaken Vandenbroucke aan de NAR om advies te geven over de invoering van een responsabiliseringsbijdrage voor langdurig zieken, zowel voor werkgevers als werknemers. Deze bijdrage heeft volgens de minister tot doel de re-integratie van langdurig zieken te bevorderen. De minister publiceerde de wettelijke basis voor de bijdrage voor werkgevers eind 2021 en legde een voorontwerp van wet en twee ontwerpKB's die de uitwerking van de bijdrage voor werkgevers regelen voor aan de interprofessionele sociale partners van de NAR voor advies.

maladie (9)

Responsabiliseringsbijdrage voor werkgevers

Het eerste ontwerpKB bepaalt de waarden van X en Y: X is de vergelijkingsbasis met andere ondernemingen uit dezelfde sector (NACE-code tot op 4 digits), Y is de vergelijkingsbasis met de hele private sector. Op basis van deze waarden wordt vastgesteld of er een bovenmaatse instroom in invaliditeit van werknemers uit de onderneming is.

Het voorontwerp van wet brengt enkele wijzigingen aan de programmawet van 2021 aan. De vergelijkingsbasis voor de responsabiliseringsbijdrage wordt vastgelegd, waarbij de vergelijking steeds met minstens 10 ondernemingen moet gebeuren in de betrokken sector. Verder worden werknemers die toelating hebben tot werkhervatting, uitgesloten uit de berekening. Om te bepalen wat de totale tewerkstelling bij een werkgever in een bepaald kwartaal is, wordt rekening gehouden met het aantal voltijdse equivalente werknemers die minstens drie achtereenvolgende jaren zonder onderbreking bij de werkgever tewerkgesteld zijn. Ondernemingen die gemiddeld minder dan 50 werknemers tewerkstellen, zijn vrijgesteld van de bijdrage. Tot slot wordt bepaald dat de ondernemingen die tot de beschutte werkplaatsen en maatwerkbedrijven horen, uitgesloten worden van de regeling en de bijdrage.
De bijdrage wordt niet gewijzigd en is 0,625% per kwartaal.

Het tweede ontwerpKB voorziet het kader waarin de RSZ ondernemingen op de hoogte houdt van een ongunstige gemiddelde instroom van werknemers in invaliditeit.

De sociale partners hebben in hun advies vooreerst verwezen naar hun vorige adviezen over de responsabiliseringsbijdrage, waarin zij de invoering ervan zowel voor werkgevers als voor werknemers verwerpen. Ze benadrukken daarbij het vrijwillige karakter van het re-integratieproces. Verder kreeg de NAR niet alle teksten tot uitvoering van de programmawet van 2021 voorgelegd, zodat er geen totaalbeeld was over de responsabiliseringsbijdrage voor werkgevers.

De NAR staat achter de uitsluiting van de maatwerkbedrijven en beschutte werkplaatsen, en benadrukt dat de uitsluiting ook van toepassing moet zijn op de doelgroepwerknemers van deze ondernemingen. Tot slot benadrukken de sociale partners dat de timing van het KB niet aanvaardbaar is: de regeling zou ingaan op 1 januari 2023, maar de werkgevers zouden pas in september 2022 geïnformeerd worden dat zij mogelijks een responsabiliseringsbijdrage verschuldigd zijn, waardoor zij onvoldoende tijd hebben om passende maatregelen te nemen en de bijdrage te vermijden.

Het advies van de NAR is bezorgd aan de minister van Sociale Zaken, het voorontwerp van wet werd goedgekeurd door de ministerraad. De tekst zal nu worden voorgelegd aan de Kamer, na het zomerreces. De regering heeft tot nu toe weinig rekening gehouden met de principiële bemerkingen van de sociale partners, het valt af te wachten of de Kamer dat wel gaat doen.

De wet werd goedgekeurd op 20 november en gepubliceerd op 30 november, en treedt retroactief in werking op 1 januari 2022. De uitsluiting voor maatwerkbedrijven en beschutte werkplaatsen werd behouden, en ook aan de berekeningswijze van de instroom van werknemers in de invaliditeit werd niets gewijzigd. 

 

UPDATE 28/12/2022

Het KB dat X en Y vastlegt werd gepubliceerd op 20 december 2022, het KB dat meldingsplicht van de RSZ aan werkgevers over een ongunstige gemiddelde instroom in invaliditeit regelt, werd gepubliceerd op 21 december 2022.

UPDATE 10/01/2024

Het KB dat bepaalt wat met de opbrengsten van de responsabiliseringsbijdrage moet gebeuren, werd gepubliceerd. Zie ons nieuwsbericht voor een uitgebreide toelichting.

Responsabiliseringsbijdrage voor werknemers

Om de responsabiliseringsbijdrage voor werknemers te regelen, werd een wetsontwerp ingediend in de Kamer. De tekst werd aangenomen in commissie, en werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 5 oktober 2022. De tekst bepaalt de plichten van een werknemer die arbeidsongeschikt is, zoals gevolg geven aan de uitnodiging van de adviserend arts voor een medisch onderzoek en de uitnodiging van de Terug Naar Werk Coördinator voor een eerste contactmoment. Doet de werknemer dit niet, dan kan hij gehouden worden tot betaling van een responsabiliseringsbijdrage van 2,5%. De modaliteiten hiervoor moeten nog uitgewerkt worden in een KB.

 

De wetgeving is nog niet afgerond. Wij houden u dan ook op de hoogte van verdere ontwikkelingen.