Technisch verslag: loonontwikkelingen in België en in de buurlanden
Het secretariaat van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven (CRB) heeft het Technisch Verslag 2023 gepubliceerd in overeenstemming met de wet van 96’ op de werkgelegenheid en het behoud van het concurrentievermogen (herzien in 2017). Zoals elk oneven jaar is dit het tussentijdse verslag over de IPA-periode 2023-2024. Het is bedoeld om de berekening van de loonhandicap sinds 1996 te actualiseren. Het vergelijkt de loontrends in België en in de referentielanden: Duitsland, Frankrijk en Nederland.
Uit het rapport blijkt dat de situatie zal evolueren van een negatieve loonhandicap van -0,6% in 2019 (tragere loonstijging toen in België) naar een positieve handicap van 2,9% in 2023, die uiteindelijk 1,8% zal bereiken op het einde van de geanalyseerde periode in 2024 (de lonen zullen sneller groeien in België).
Dit wordt verklaard door de inflatieschok die via de meervoudige automatische loonindexeringen, heeft geleid tot een snellere stijging van de loonkosten in België in 2022 en 2023.
Praktisch gezien zou dit betekenen dat de maximaal beschikbare marge met 1,8% wordt verlaagd voor de IPA-periode 2025-2026, rekening houdend met het feit dat toekomstige automatische indexeringen ook van de loonnorm moeten worden afgetrokken. Met andere woorden, dit zou zeer weinig manoeuvreerruimte overlaten, tenzij er een zeer aanzienlijk inhaaleffect zou zijn van de inflatieschok in de referentielanden in 2024, 2025 en 2026.
Het volgende technische verslag, dat de maximale marge voor 2025-2026 zal bepalen waarover de sociale partners moeten onderhandelen, zal begin 2025 worden gepubliceerd. De eerste trends zouden in de herfst beschikbaar moeten zijn.
Terug naar themafiche