Hoge temperaturen op het werk
België heeft deze dagen weer te maken met een hittegolf. Het weerbericht voorspelt ook de komende dagen erg hoge temperaturen. Wanneer dit het geval is, hebben werknemers recht op een aantal preventieve en beschermende maatregelen die door de werkgever moeten worden genomen. Hier volgt, ter herinnering, een kort overzicht van deze maatregelen.
Wat zegt het Codex over het welzijn op het werk?
De regels met betrekking tot arbeid in geval van hoge temperaturen (“overmatige warmte”) zijn vastgelegd in het Codex voor het welzijn op het werk (Boek V, Titel 1, Hoofdstukken V en volgende). De temperatuur moet worden gemeten met een “vochtige globethermometer”.
Een bepaalde warme temperatuur kan bij zeer vochtig weer ondraaglijk zijn, terwijl die bij droog weer geen probleem geeft. U moet dus rekening houden met de vochtigheid, maar in sommige gevallen ook met de windsnelheid en de rechtstreekse straling die de werknemers ondervinden door de zon of door een machine.
Dat wordt niet gemeten met een gewone thermometer, maar met een zogenaamde “vochtige globethermometer”. Die meetmethode heeft een geleerde naam: WBGT (wet bulb globe temperature). Dat is een wetenschappelijk verantwoorde methode, maar niet erg praktisch in een onderneming. Zij hebben zo’n toestel immers vaak niet in huis. Daarom wordt voorzien in tabellen waarmee u de omrekening kunt doen door een gewone thermometer in combinatie met een vochtigheidsmeter te gebruiken. Meer info daarover op de website van de FOD WASO.
Wanneer de met de vochtige globethermometer gemeten temperatuur hoger is dan 29 graden bij licht of zeer licht werk, 26 graden bij halfzwaar werk, 22 graden bij zware fysieke werkbelasting en 18 graden bij zeer zware fysieke werkbelasting, moet de werkgever maatregelen nemen. Zo wordt bijvoorbeeld secretariaats- of kantoorwerk als zeer licht werk beschouwd, staand werk als halfzwaar werk en grondverzetwerk als zeer zwaar werk.
De te nemen maatregelen zijn in hoofdzaak de volgende:
- de werknemers beschermen tegen direct zonlicht (luiken, gordijnen, hoeden, enz.);
- zorgen voor de gratis distributie van koude dranken;
- installatie binnen 48 uur kunstmatige ventilatie.
Als de ongemakken aanhouden, moet de werkgever rusttijden toestaan. Concreet, door de aanwezigheid op de betreffende werkplek af te wisselen met rustperiodes ter plaatse of in de rustruimtes.
Bovendien kan hij besluiten om tijdelijke werkloosheid in te voeren (hij is daartoe dus niet verplicht). Tijdens deze periode ontvangt de werknemer een werkloosheidsuitkering van de RVA.
In de zomermaanden worden vaak hoge ozonconcentraties waargenomen. De arbeidsregelgeving bevat echter geen specifieke bepalingen over de bescherming tegen ozon van klimatologische oorsprong. Aangezien blootstelling aan ozon van klimatologische oorsprong als een risico op het werk moet worden beschouwd, kunnen er preventieve maatregelen worden genomen, vooral voor werknemers die hun taken in open lucht uitvoeren (bv: zwaar werk alleen 's ochtends, d.w.z. wanneer de ozonconcentraties het laagst zijn, geen overuren, binnenshuis of in de schaduw werken in plaats van buiten, rustperiodes binnenshuis, enz.).
Wat in geval van telewerk?
Vanwege de coronacrisis wordt telewerken nog steeds sterk aanbevolen waar mogelijk en daarom werken veel werknemers nog steeds thuis.
Wij raden werkgevers aan om hun betrokken werknemers te herinneren aan de goede praktijken om hoge temperaturen en werk zo goed mogelijk met elkaar te verzoenen. Dit kan gezien de huidige context zeker via elektronische weg gebeuren. Hierbij een aantal voorbeelden van goede praktijken die meegegeven kunnen worden: licht eten, veel water drinken, eerder beginnen met werken (warmte en ozon), ramen en gordijnen gesloten houden, regelmatig je handen onder koud water spoelen, enzovoort.