Economische werkloosheid: deze keer is er geen twijfel mogelijk, het is ook beschikbaar voor de socialprofitsector

Tot nu toe bepaalde de wet op de arbeidsovereenkomsten dat het bewijs van het statuut van onderneming in moeilijkheden, dat nodig is om gebruik te kunnen maken van het stelsel van tijdelijke werkloosheid om economische redenen, moest worden geleverd door middel van btw-aangiftes. Een groot aantal socialprofitondernemingen waren dus uitgesloten van deze mogelijkheid, aangezien zij niet btw-plichtig zijn. Dankzij het werk van Unisoc heeft de wetgever onlangs de wet gewijzigd om dit obstakel uit de weg te ruimen.

législation

De coronacrisis heeft dit probleem aan het licht gebracht: tot nu toe bepaalde artikel 77/1, §4 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten dat een onderneming die gebruik wil maken van het stelsel tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen, het bewijs moest leveren van haar statuut van onderneming in moeilijkheden en daarvoor btw-aangiften moest indienen. Veel socialprofitondernemingen zijn echter niet btw-plichtig en kunnen daarom geen btw-aangifte indienen. Bijgevolg zijn zij uitgesloten van deze mogelijkheid.

Sinds 2020 heeft Unisoc zowel de RVA als de federale overheid bewust gemaakt van de noodzaak om  dit formalisme tolerant te benaderen. De juridische onzekerheid die op de schouders van deze socialprofitondernemingen rustte, bleef echter reëel. Daarom heeft Unisoc, in het kader van de Nationale Arbeidsraad en de RVA, gepleit voor een herziening van de wet om de toegang tot het stelsel voor niet-btw-plichtige socialprofitondernemingen te vergemakkelijken (zie met name NAR advies nr. 2.320 van 5 oktober 2022 met verwijzing naar haar eerdere advies nr. 2.291 van 17 mei 2022).

Na enkele jaren van opvolging en inspanningen werd het gewenste resultaat bereikt met de goedkeuring van de wet van 5 november 2023 houdende diverse arbeidsbepalingen. Zo wordt in voornoemd artikel 77/1, § 4, een lid ingevoegd dat als volgt luidt:

“In afwijking op het algemene principe voorzien in deze paragraaf, kan een onderneming die niet onderworpen is aan de btw het bewijs leveren dat haar omzet, productie of bestellingen zijn gedaald op basis van alle documenten of rechtvaardigingsstukken van boekhoudkundige aard, andere dan btw-aangiften.”

Op die manier is het nu onbetwistbaar dat ook deze ondernemingen toegang hebben tot het stelsel, en is de rechtszekerheid gegarandeerd. Uiteraard blijft de Commissie “Ondernemingsplannen” volledig bevoegd om de aanvragen te onderzoeken, of ze nu afkomstig zijn van socialprofitondernemingen of van commerciële ondernemingen.

Deze wetswijziging is in werking getreden op 3 december 2023.